Er hangen overvallen in de lucht. Parijs is in rep en roer door de recente klap en grijpt naar het Louvre en elders. Verenigde Staten, Kelly Reichardt’s Het breinmet de volksvriend Josh O’Connor als een stuntelige lokale kunstdief, is in de bioscoop te zien. Persoonlijk vind ik het moeilijk om niet voor de boeven te pleiten. Er is iets bevredigends aan de misdaad zonder slachtoffers. En wat betreft instellingen? Musea kunnen de perfecte achtergrond vormen. Ze zijn mysterieus, uitgestrekt en meestal spookachtig.
Als jij je in oktober ook overvallen voelt, zijn hier zeven boeken om die jeukende handpalmen te krabben.

Donna Tart, Het puttertje
De late herfst is misschien wel het perfecte moment om terug te keren naar deze baanbrekende roman, waarvan je je zult herinneren dat hij twaalf jaar geleden een toast op de stad was. Wanneer de jonge Theo Decker in de paniekerige nasleep van een openbare aanval een schilderij van de muur van de Met veegt, zet hij vreemde dingen in beweging. Dit boek is geïnteresseerd in de kracht van objecten. Hoe kunnen mooie dingen redden En ons vernietigen?

Maria Gainza, Portret van een onbekende dame
Ik hield van de autofictie van María Gainza Oogzenuw vanwege de weelderige beschrijvingen en de stukjes kunstgeschiedenistrivia. In deze roman van de Argentijnse kunstcriticus vinden we nog een hoofdpersoon die geobsedeerd is door het beeld. Maar deze keer zijn wij dat wel in geschiedenis, en vals spel is er in overvloed. In navolging van een kunstvervalser en de criticus die haar op de hielen zit, onderzoekt deze roman waarom we naar authenticiteit van kunst verlangen.

Dubravka Ugrešić, Het Museum van Onvoorwaardelijke Overgave
Dit is een zijwaartse riff op het thema, niet in a letterlijk museum. Maar elke gelegenheid om de lof van wijlen Ugrešić te zingen, zal ik grijpen. Deze vreemd geconstrueerde palimpsest van een roman is zelf een museum van heilige smokkelwaar. Een ballingschap vertelt het verhaal van haar staatloosheid in vignetten en reflecties, waarbij de objecten centraal staan die haar aan een plek binden. Een raar, uitstekend boek dat je doet heroverwegen wat het betekent om te bezitten dingen.

Edogawa Rampo, De zwarte hagedis
Rampo was een productief misdaadschrijver, bekend om zijn duistere mysteries. De zwarte hagedis is hij op peak noir. De roman, voor het eerst gepubliceerd in 1934, volgt een terugkerend Rampo-personage, rechercheur Akechi Kogoro, die verstrikt raakt in een exhibitionistische juwelendief die alleen bekend staat als de Dark Angel.
Niemand minder dan Yukio Mishima heeft deze overval met een hoog octaangehalte omgevormd tot een succesvol stuk. Dat werd later aangepast tot een farce uit de jaren 60. Het bewijst alleen maar die juwelenmisdaad kan blijf betalen. Soms al vele, vele jaren.

Chester Himes, De essentiële Harlem-detectives
Himes kwam in mijn gedachten omdat de auteur in Parijs woonde en liefhad, waar hij waarschijnlijk het Louvre overwoog terwijl het bedenken van bepaalde misdaadthrillers. In Crimereads noemde Bruce Riordan Grave Digger Jones en Coffin Ed Johnson, het onderwerp/de helden van Himes’ Harlem-kwartet, de hardste van de hardgekookte.
In vier rauwe, geestige boeken komen Jones en Johnson ingewikkelde oplichters tegen die dat wel zijn extra inventief over hun overvallen. Beide methoden en merken.

Peggy Guggenheim, Bekentenissen van een kunstverslaafde
Oké, dus mevrouw Guggenheim niet technisch een kunst dief (in ieder geval volgens de meest letterlijke maatstaf). Maar als nauwgezette chroniqueur van de kunstmonsters van de jaren dertig en veertig is ze een heel leuk gezelschap op de pagina. Een toegewijd verzamelaar van vroegmoderne kunst, Guggenheim Ook trok het Louvre over door te investeren in de surrealisten en de kubisten, lang voordat andere curatoren ze in de mode vonden.
Inclusief deze roddelmemoires voor de echt obsessieve estheten. Je Thomas-kronen, enz.

Sir Arthur Conan Doyle, Het avontuur van de blauwe karbonkel
Tenslotte keren we terug naar een vaandeldrager. De man die ons Sherlock Holmes gaf, weet veel over diefstal – kunstzinnig of niet. In dit klassieke verhaal proberen Holmes en Watson een gestolen edelsteen terug te vinden. Een kerstgans is een belangrijk plotpunt. En de actie speelt zich af in een herberg, een kattig hoekje voor de Britten Museum. Een perfect klein mysterie voor de boeven en boevenvechters die in ons allemaal leven.
Ik merk op dat deze klassieker verbonden was met een andere: EL Königsburg’s Uit de gemengde dossiers van mevrouw Basil-E. Frankweiler. Maar volgens mij is overtreding dat wel nauwelijks een misdaad.
Ik wens je het beste met al je inbraken en boosts.
Afbeelding via